Gat in de wetgeving: zorgplicht niet bij gemeente maar bij provincie

Zorgplicht

In de Aanvullingswet bodem Omgevingswet staan in artikel 3.2.a een verwijzing naar de artikelen 13, 27, 88 en 95 Wbb. Bij artikel 88 gaat het om de aanwijzing van de bevoegd gezag gemeenten, die bevoegd zijn i.p.v. de provincie. Echter in de Wbb art 88 staan alleen de 4 grote gemeenten genoemd. De andere 25 (middel)grote gemeenten zijn later (1-1-2005) toegevoegd aan art 88 Wbb via het Besluit aanwijzing bevoegdgezaggemeenten Wet bodembescherming. In de Aanvullingswet wordt dat besluit niet aangehaald, waardoor het niet van toepassing is. Dat betekent dat bij zorgplichtgevallen de provincie het bevoegd gezag is en niet de genoemde 25 (middel)grote gemeenten.

Voor alle duidelijkheid

Het gaat hier om verontreinigingen die tussen 1987 en 2024 zijn veroorzaakt, ook al zijn deze na 1-1-2024 ontdekt. Je kunt niet op basis van de Omgevingswet handhaven voor een delict dat voor inwerkingtreding van de OW is gepleegd. Daarom geldt voor bestuurlijk handhaven de oude wetgeving. Voor die gevallen geldt dus ook overgangsrecht.

Gevolgen

Mogelijk is het probleem ontstaan, omdat de wetgever dacht dat alle verontreinigingen wel bekend waren. Echter, vele PFAS- en pesticideverontreinigingen zijn van voor 1-1-2024 en voldeden toen al niet aan de vigerende wetgeving. Ondertussen is het ministerie op de hoogte.