Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet zestiende tranche: experimenten met andere vormen van kostenverhaal mogen!

woensdag 28 november 2018

Experimenten met andere vormen van kostenverhaal mogen!

Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) heeft gisteren de AMvB met betrekking tot de 16e tranche (kostenverhaalsregeling 7v) gepubliceerd. Dit maakt de weg vrij om in de geest van de Omgevingswet kosten te verhalen. Het nieuwe besluit maakt veel meer maatwerk mogelijk dan onder de huidige Wro. Wellicht zoekt het hier en daar de randen op van de rechtszekerheid, maar daar staat tegenover dat het beter mogelijk wordt om alleen te betalen voor de kosten die voor de belanghebbenden worden gemaakt en tegelijkertijd recht te doen aan het solidariteitsbeginsel.

Ik som hier kort enkele punten op:

  • De Omgevingswet biedt ons de mogelijkheid om met zogenaamde open-normen op een locatie te werken. Dat zorgt er voor dat je weet niet precies wat er komt op een locatie. Met het experiment is het mogelijk om middels dynamische beleidsregels het kostenverhaal aan te passen. Hiervoor behoeft niet per se terug te worden gegaan naar de raad. Mocht een belanghebbende het niet met de uitkomst van het beleid eens zijn dan kan hij altijd nog beroep aantekenen als hij een “rekening” ontvangt.
  • De eindafrekening krijgt een prominente plek. Daarmee wordt verrekend wat eventueel teveel is betaald. Dat is onder de huidige Wro ook al aan de orde, maar er wordt in deze AMvB veel nadrukkelijker aandacht aan besteed.
  • De gemeenten kunnen een eigen te verreken systematiek toepassen. Soms zal dat simpel zijn, op andere momenten wellicht ingewikkelder; maar inzet zal moeten zijn rechtvaardiger.
  • Ook verandering van gebruik komt in aanmerking voor kostenverhaal. Dat is een al lang gekoesterde wens in het veld om als er geen sprake is van een bouwwerk toch kostenverhaal toe te passen.
  • Er mag niet met de bouw worden gestart voordat er is betaald en de vergunning onherroepelijk is, tenzij nadere zekerheden zijn gesteld. Voorheen waren de zekerheden nog facultatief.

Punt van aandacht is wel dat via de AMvB niet meer dan de waardestijging kan worden verhaald. Dat is natuurlijk rechtvaardig, maar de vaststelling daarvan kan nog wel vragen oproepen. Is dat bijvoorbeeld het verschil tussen agrarische grond en de grondopbrengst van de beoogde functie? Is dat het waardeverschil tussen agrarische grond en de beoogde functie, na aftrek van de eigen kosten bouw- en woonrijp maken? Of is dat  het verschil tussen oude en nieuwe WOZ-waarde? Ik weet het niet.  De gemeente zal dan ook goed moeten motiveren hoe ze die waardestijging vaststelt en daarbij het redelijkheidsprincipe hanteren.

Ander punt van aandacht is de grote beleidsvrijheid die in artikel 7v lijkt te zitten en dat er wellicht willekeur kan ontstaan. Dat lijkt wellicht wel zo, maar ook onder de Wro was er veel mogelijk wie zich in de krochten van de wet verdiept. Ik juich de nieuwe vrijheid toe. De burger heeft recht op een eerlijk kostenverhaal en dat moet transparant worden onderbouwd.

Tot slot: als we deze AMvB gaan combineren met de Transitiewet die binnenkort behandeld wordt in de Tweede Kamer, dan wordt dit experiment opeens op vele plaatsen toepasbaar en zullen we er nog veel van horen.

Door Nico Harkes MRICS (directeur NEXT Vastgoed)

Bron: https://www.officielebekendmakingen.nl/stb-2018-438.html. (Het gaat met name om p. 56-63.)