Bodem

Waterschappen en Omgevingsdiensten: Neem een actieve rol in als gebiedsregisseur

woensdag 11 september 2024

We zien een verschuiving in de rol van Waterschappen en Omgevingsdiensten, waarbij ze steeds vaker optreden als regisseurs in gebiedsontwikkeling. Gedreven door de urgentie van klimaatverandering en bodemdaling, nemen organisaties zoals Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR) het initiatief om actief bij te dragen aan duurzame stedelijke planning. Zij werken aan een toekomst waarin water- en bodemmanagement centraal staan. Hun nieuwe, proactieve houding zet de toon voor een bredere samenwerking en innovatie in het ruimtelijke domein.

De rol van waterschappen in duurzame stedelijke planning

In Gebiedsontwikkeling.nu stond er een interessant artikel over de nieuwe, actievere rol van de waterschappen in de gebiedsontwikkeling[1]. Wij vatten enkele zaken samen, maar pleiten ook voor een verbreding naar omgevingsdiensten.

Rijnenburg als voorbeeld in de gebiedsontwikkeling

HDSR heeft te maken met complexe gebiedsontwikkelingen. Een opvallend voorbeeld is de polder Rijnenburg, waar de gemeente Utrecht plannen heeft voor duurzame energie, natuurontwikkeling en de bouw van 22.000 tot 25.000 woningen. Hoewel HDSR niet principieel tegen bouwen in dit gebied is, stellen ze duidelijke voorwaarden: “Wij vinden Rijnenburg geen goede locatie om te bouwen vanwege de lage ligging en zettingsgevoelige veenbodem, tenzij er maatregelen worden genomen die klimaat- en bodemdalingsbestendig zijn, zoals voldoende ruimte voor waterberging,” aldus Otterman van HDSR.

Innovatieve oplossingen: drijvende steden als antwoord op klimaatverandering

HDSR beperkt zich niet alleen tot advisering en voorwaarden, maar neemt ook initiatief in innovatieve oplossingen. Samen met de gemeente Utrecht en andere partijen onderzoekt HDSR de mogelijkheden van drijvende steden, geïnspireerd door de polder Rijnenburg. In dit fictieve project wordt onderzocht of een drijvende stad, die meebeweegt met klimaatveranderingen en waterberging ondersteunt, een haalbare oplossing is. Strategisch adviseur Susanne Vermeulen van HDSR vertelt: “Dit onderzoek draagt bij aan een goede vertaalslag van ‘water en bodem sturend’ in de ruimtelijke planning. We willen deze resultaten echt gebruiken en toepassen in ons gebied.”

De veranderende rol van waterschappen

“Wij zijn als hoogheemraadschap aan onszelf verplicht om onze rol aan te passen aan de huidige uitdagingen. Het is niet voldoende om alleen naar het watersysteem en de dijken te kijken; we moeten inspelen op alles wat invloed heeft op ons werkgebied.” Aldus Otterman. Dat roept natuurlijk wel allerlei nieuwe kennisvragen op. Maar daar is een mouw aan te passen. 

Conclusie

Het beheersen van waterkwaliteit en kwantiteit, kan niet zonder het samenwerken met planologen en stedenbouwkundigen, agrarische en vastgoeddeskundigen die nadenken over het landelijk en stedelijk gebied. Dit is een verbrede adviesrol. Wil je effectief zijn, dan zul je wel hun taal moeten spreken. Bovendien zal je continu in gesprek moeten zijn (zie het voorbeeld Zuidplas[2] hoe het mis kan gaan). Als we vervolgens de parallel met bodem en grondwater trekken, dan zouden ook omgevingsdiensten een verbrede adviesrol op moeten pakken.