Duurzame gebiedsontwikkeling

Longread: Stand van zaken wetgevingsproces energietransitie en hoofdlijnenakkoord

dinsdag 16 juli 2024

Energietransitie brengt veel nieuwe wetgeving met zich mee: de Energiewet, de Wet Collectieve Warmte en Wet Gemeentelijke instrumenten warmtetransitie. Dit artikel geeft een inkijk in deze drie wetten en relatie met het Hoofdlijnenakkoord.

A. Energiewet
Deze wet vervangt de huidige Gaswet en Elektriciteitswet uit 1998 en sluit meer aan bij het huidige en toekomstige energiesysteem. Tijdens de energietransitie verandert er veel, denk aan de opslag van energie en de toenemende productie van duurzame energie.

De overheid wil daarom met deze wet:

  • Burgers en kleine bedrijven beter beschermen op de energiemarkt;
  • Het overvolle stroomnet flexibeler gebruiken;
  • Energieregels versimpelen om de transitie te versnellen;
  • Een nieuw stelsel voor het uitwisselen van data, waarbij het voor huishoudens en bedrijven eenvoudiger wordt om hun eigen data in te zien of te delen met een dienstverlener, zoals een prijsvergelijker of energieverbruiksmanager. Daarbij biedt de wet duidelijke kaders over metingen, datakwaliteit, privacy, identificatie, bescherming en beveiliging van de energiedata.

Wetgevingsproces
De overheid mikt op inwerkingtreding op 1 januari 2025, maar dat wordt krap. De Tweede Kamer stemde in juni 2024 voor de wet.
De Eerste Kamer moet dat nog doen. Op 25 juni 2024 vond in de Senaat een technische briefing plaats door het ministerie van EZK over dit wetsvoorstel. De schriftelijke inbreng voor verslag door de Eerste Kamercommissie voor Economische Zaken en Klimaat (EZK) vindt plaats op 9 juli 2024. Verder is deze wet uitgewerkt in een Algemene Maatregel van Bestuur (het Energiebesluit).

Hoofdlijnenakkoord
Het hoofdlijnenakkoord noemt de Energiewet niet. Wel is de insteek dat de energietransitie gericht moet zijn op het verminderen van bestaande en het voorkomen van nieuwe
afhankelijkheid. Daarbij is het cruciaal dat dit niet ten koste gaat van mensen met een kleine beurs en kleine bedrijven.

B. Wet Collectie Warmte

De Wet collectieve warmte (Wcw) zal de huidige Warmtewet vervangen. Het doel van deze nieuwe wet is om de ontwikkeling van nieuwe warmtenetten te vergemakkelijken en zo de energietransitie te bevorderen. Tegelijkertijd waarborgt de Wcw de betaalbaarheid, betrouwbaarheid en duurzaamheid van collectieve warmtelevering.

Uitgangspunten:

  1. Warmtekavel - Een belangrijk uitgangspunt van de Wcw is dat de gemeente de regie krijgt over de warmtetransitie. Niemand mag warmte leveren en transporteren, tenzij de gemeente daar nadrukkelijk toestemming voor heeft gegeven. Die toestemming kan worden geregeld door een warmtebedrijf aan te wijzen, die de exclusieve bevoegdheid en plicht krijgt om warmte te transporteren en leveren binnen een zogeheten warmtekavel. Een warmtekavel is een door de gemeente vastgesteld gebied waarbinnen een collectief warmtesysteem kan komen.
  2. Publiek eigendom - De Wcw dwingt ook af dat aangewezen warmtebedrijven voor meer dan 50% in handen moeten zijn van publieke partijen. Is er tijdens de zogeheten ingroeiperiode van 7 jaar na inwerkingtreding van de wet geen bedrijf beschikbaar met een publiek meerderheidsbelang? Dan is het ook mogelijk om een privaat bedrijf aan te wijzen.  
  3. Kleine warmtesystemen - Voor kleine warmtesystemen met maximaal 1500 aansluitingen zijn de regels wat soepeler. Zij kunnen om ontheffing vragen voor het verbod op het leveren en transporteren van warmte. Zij hoeven dan niet door de gemeente aangewezen te zijn om toch warmte te kunnen leveren. De Wcw noemt wel een aantal voorwaarden waar deze kleine warmtesystemen in zo'n geval aan moeten voldoen. 
  4. Tariefregulering - De Wcw introduceert ook nieuwe regels met betrekking tot tariefregulering. Op dit moment zijn de kosten voor warmte- en koude levering gekoppeld aan de gasprijzen. Dit heet het 'niet meer dan anders' principe. Met de Wcw wordt deze koppeling stapsgewijs losgelaten en toegewerkt naar een op kosten gebaseerd tarief.
  5. Leveringszekerheid en verduurzaming - De nieuwe wet bevat tot slot ook nieuwe eisen aan leveringszekerheid en verduurzaming van collectieve warmtesystemen.

Wetgevingsproces
Het wetsvoorstel heeft de Kamercommissie Economische Zaken en Klimaat op 19 juni 2024 ontvangen van het kabinet. De behandeling in de Kamer vindt in het volgende vergaderjaar plaats. Op 2 juli 2024 stelt deze Kamercommissie tijdens een procedurevergadering een behandeltraject voor.

Hoofdlijnenakkoord
Dit akkoord noemt de Wet Collectieve Warmte niet. Wel vragen de opstellers van dit akkoord aandacht voor specifiek aandacht voor mensen die als gevolg van aansluiting op een warmtenet geconfronteerd worden met een veel hogere energierekening.

3. Wet Gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw): wijkgericht

Dit wetsvoorstel kent de volgende doelen:
1. Vergroten van publieke sturing op (realisatie en exploitatie van) collectieve warmte, daar waar dat de gewenste verduurzamingsstrategie is voor de gebouwde omgeving.
2. Ontwikkelen van collectieve warmte die geen broeikasgassen meer uitstoot in 2050.
3. Aanscherping van de consumentenbescherming en betere borging van de leveringszekerheid van collectieve warmte.
4. Introduceren van transparante en kosten gebaseerde tariefregulering voor de gebonden verbruikers van collectieve warmte.

Het wetsvoorstel is erop gericht om gemeenten de bevoegdheden te geven die nodig zijn om regie te voeren in de wijk- of gebiedsgerichte aanpak van de warmtetransitie. Een van de belangrijkste daarvan is de aanwijsbevoegdheid van wijken die van het aardgas worden afgesloten.

Per gebied de beste aanpak
De Wgiw regelt dat gemeenten een warmteprogramma vaststellen als basis voor de toekomstige warmtevoorziening. Dit warmteprogramma borduurt voort op de opgestelde Transitievisies Warmte en wordt uitgerold op wijkniveau. Hiervoor moeten gemeenten een afweging maken wat per gebied de beste aanpak is voor een duurzame warmtevoorziening, in plaats van aardgas. Het recht op aardgas wordt daarmee vervangen door een recht op warmte.

Naast de wijkgerichte aanpak is er ook het ‘individuele spoor’. Een gemeente kan met financierings- en ontzorgingsarrangementen gebouweigenaren stimuleren om verduurzamingsmaatregelen te nemen.

Kortom: De Wcw  faciliteert de ontwikkeling van warmtenetten en waarborgt betaalbaarheid en duurzaamheid. De Wgiw geeft gemeenten bevoegdheden om de warmtetransitie in de gebouwde omgeving te reguleren.

Wetgevingsproces
De wet is op 23 april 2024 door de Tweede Kamer aangenomen. De fracties in de Eerste Kamer konden tot 18 juni 2024 een schriftelijke reactie geven op het wetsvoorstel.

Hoofdlijnenakkoord
Het akkoord noemt de Wet Gemeentelijke instrumenten warmtetransitie (Wgiw ) niet. Wel schrijven de opstellers dat er geen verplichte labelsprongen voor koopwoningen komen. Ook wordt de verplichting om vanaf 2026, bij het vervangen van de verwarmingsketel, een warmtepomp te moeten installeren geschrapt.

 

Bronnen:

Energiewet - Regels over energiemarkten en energiesystemen (Energiewet) | Tweede Kamer der Staten-Generaal

Wet Collectieve warmte - https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/wetsvoorstellen/detail?cfg=wetsvoorsteldetails&qry=wetsvoorstel%3A36576#wetgevingsproces

Wet gemeentelijke instrumenten warmtetransitie - https://www.eerstekamer.nl/wetsvoorstel/36387_wet_gemeentelijke#p3