Bodem

Circulair met baggerspecie

dinsdag 14 september 2021

Dat bodem een belangrijke rol speelt binnen maatschappelijke opgaven is natuurlijk geen verrassing. Bodem raakt alles. Zo ook circulariteit. De waterschappen hebben als doel om in 2030 voor 50% en in 2050 100% circulair te zijn. Een plan is er, maar de daadwerkelijke invulling en meetbaarheid op circulariteit van de hele keten inclusief hergebruik na langere tijd, laat nog op zich wachten.

Daarom worden de mogelijkheden rondom circulair baggerbeheer onderzocht. Baggerspecie dat vrijkomt bij het onderhoud van watergangen, is één van de grootste afvalstromen binnen waterbeheer. De vraag is hoe dat circulair kan worden toegepast. Circulair hergebruik van baggerspecie heeft onder andere raakvlakken met duurzaamheid, CO2-uitstoot en stikstofproblematiek. Hiermee komen we weer een stap dichter bij de transitie ‘van afval naar grondstof’. Hoe kun je baggerspecie kostenefficiënt toepassen binnen de circulariteitsdoelstellingen?

Fred de Haan van Waternet, tevens projectleider bij STOWA van het onderzoek naar circulair omgaan met baggerspecie, vertelt hierover onder andere op de website van het Expertisenetwerk Bodem en Ondergrond. ‘In ons onderzoek richten wij ons op de vraag hoe baggerspecie zo efficiënt mogelijk kan worden toegepast in de optiek van een Levenscyclusanalyse (LCA) en maatschappelijke kosten. En meer nog, dat zelfs een bijdrage kan worden geleverd aan de instandhouding en zo mogelijk een verbetering van de biodiversiteit’.

Tijdens het gesprek dat Scobe met Fred had, legt hij uit dat het nieuwe instrument (STOWA heeft een toetsingsinstrument (tool) laten ontwikkelen waarmee waterbeheerders inzicht kunnen krijgen in de wijze waarop de baggerspecie het best circulair kan worden toegepast) één score geeft voor kosten, CO2-uitstoot, ruimtebeslag en samenwerking. Door een beperkt aantal kenmerken in te voeren worden de bovenstaande parameters ingeschat en gewogen in één score. Ruimtebeslag houdt de ruimte in die nodig is om het niet-bruikbare deel te storten. Samenwerking houdt in hoe een oplossing in het natuurlijk systeem past. Hergebruik in het natuurlijk systeem scoort dan beter dan recyclen in bijvoorbeeld stenen. Dit sluit goed aan bij het standaardwerk van Ellen MacArthur over de milieubelasting en circulariteit. De uiteindelijke score loopt van A++ tot C. 

Op dit moment is overigens, aldus Fred de Haan, bagger op de kant zetten veelal het meest circulair. Dat komt met name doordat andere producten veel energie vragen om te recyclen. Pas als daar verandering in komt, dan worden alternatieven interessant. Het kan ook voorkomen dat het transport dermate kostbaar is en veel energie vraagt; CO2 productie veroorzaakt dat een andere aanwending toch tot een betere score leidt.

Uiteindelijk is het de bedoeling dat waterschappen en andere waterbeheerders ‘de score’ verplicht gaan stellen in een aanbesteding. Dat kan dan bijvoorbeeld 20% A++ en 80% B zijn. Het moet uiteraard redelijk zijn.

Aandachtspunt is nog wel de afstemming met DuboCalc. DuboCalc kijkt naar het gebruik van grondstoffen en hoeveel milieuwinst er valt te halen met een project, alsmede naar het hergebruik van een grondstof. Dit is niet voldoende om de circulariteit te meten van baggerwerkzaamheden, onder andere omdat geen aandacht wordt besteed aan ruimtebeslag en alternatieve aanwendbaarheid na verloop van tijd (wel bij inkoop van materiaal). De nieuw ontwikkelde score doet dit wel. Partijen moeten dit onderling nog uitwerken, dan zullen we dit terug gaan zien in aanbestedingen.

We hebben drie masterclasses ontwikkeld rondom de rol van bodem binnen maatschappelijke opgaven. Zo hebben we dagen ingericht over bodem in circulariteit, bodem in de energietransitie en bodem in klimaatadaptatie. Bekijk ons aanbod hier.

Naschrift. Wij denken dat een dergelijke score overigens ook prima als omgevingswaarde in een omgevingsplan opgenomen kan worden.